Texelse erwten en veldbonen in lokaal krachtvoer
Op 27 augustus organiseerde Lerend Netwerk Texel een avond over het telen en verwerken van erwten en veldbonen. Beide gewassen worden meer en meer geteeld op Texel en zijn enorm eiwitrijk, waardoor het aantrekkelijk is om toe te passen in het veevoer als vervanger van onder andere soja. We waren te gast op het bedrijf van Klaas en Kees Lap aan de Hemmerkooi. De broers hebben veel ervaring met verschillende teelten, waaronder erwten, die worden gevoerd aan de schapen van Jan-Willem Bakker.
Het los bijvoeren van de erwten kan bij schapen zonder bewerking van de erwt. Echter voor de koeien moeten de erwten of veldbonen eerst geplet of vermalen worden, zodat de inhoud verteerd kan worden door de koe. Op dit moment wordt een groot deel van de erwten en veldbonen al op Texel gevoerd aan het vee. De vraag en tevens aanleiding voor deze avond, was echter om te kijken naar een efficiëntere manier om de lokaal geteelde producten te verwerken in het veevoer. Momenteel is het nog erg arbeidsintensief en kunnen hoeveelheid en kwaliteit sterk wisselen.
De gastsprekers
Klaas Lap, teler van groene erwten en tevens de gastheer deelde zijn ervaringen met de teelt van erwten op Texel. In zijn presentatie gaf hij aan dat de opbrengst van erwten dit jaar op de lichtere gronden redelijk waren, maar op de zwaardere gronden waren mislukt. Dit ook in verband met het natte voorjaar, waardoor het land pas laat bewerkt kon worden.
Biologische bloembollenteler John Huiberts teelt 17 hectare veldbonen in combinatie met erwten en granen. Hij was erg enthousiast over deze teelt en deelde zijn ervaringen met de groep. De combinatieteelt zorgt voor een lagere onkruiddruk en de verschillende planten kunnen van elkaar profiteren. De plant wordt geoogst voor het maken van Bokashi, waarmee hij in het najaar zijn gewassen bemest. De bonen worden deels gevoerd bij een biologische melkveehouder. Het ander deel laat hij fermenteren, waardoor een hoogwaardige meststof wordt gevormd die hij kan gebruiken voor een goede groei van de bollen. Daarnaast ziet John de meerwaarde van het mooie wortelstelsel en de goede bodemstructuur die achterblijft voor de vervolgteelt.
De derde gastspreker was Bastiaan Houtenbos van veevoerbedrijf Koenis in Opmeer. Samen met Bastiaan hebben we gekeken naar de mogelijkheden om de erwten/veldbonen te verwerken in een schapen- of koeienbrok. Veel veehouders op Texel hebben namelijk Koenis als voerleverancier.
Tijdens de presentatie vertelde Bastiaan over de nutritionele waarde van erwten en veldbonen als veevoer. Het zijn eiwitrijke producten met ook nog een deel zetmeel. Dit maakt dat het een erg compleet voer is. Het is snel verteerbaar, wat betekent dat het hoofdzakelijk in de pens van de herkauwer wordt verteerd. Hier moet rekening mee worden gehouden met andere producten in de brok die dan langzamer verteerbaar moeten zijn. Ook moet er rekening worden gehouden met anti-nutritionele factoren (ANF’s). Dit zijn stofjes die de penswerking en gezondheid van het dier negatief kunnen beïnvloeden wanneer deze producten overmatig gevoerd worden. Maximaal kan er daarom tot 25% erwten of veldbonen verwerkt worden in het krachtvoer.
Een kleine correctie
Het doel voor verwerking van erwten in het veevoer is het vervangen van soja-producten uit andere delen van de wereld. Tijdens de avond kwam hier een terechte vraag over en werd genoemd dat er al weinig soja in het (schapen)voer zit. Dat zou betekenen dat met name raapzaadschroot en granen zouden worden vervangen die toch al uit de regio komen. Samen met Bastiaan zijn we hier nog even ingedoken en dit blijkt niet helemaal het geval. In het schapenvoer dat op Texel gevoerd wordt zit wel degelijk 25% sojaschillen en 5% sojaschroot. Door erwten te voeren en een kleine aanpassing te maken in de samenstelling van andere producten kan deze 30% sojaproducten worden vervangen en wordt er winst behaald op het gebied van duurzaamheid.
Het vervolg
Over de kansen om lokale grondstoffen te verwerken in het veevoer waren gemengde opvattingen. Veel gehoorde opmerkingen waren dat het voor zowel veehouder als akkerbouwer wel uit moet kunnen. Worden de meerkosten wel betaald uit de markt? Hoe afhankelijk is deze teelt van de subsidie die wordt verstrekt via het ANLb? Wat is de beste manier om de producten te verwerken en voeren?
Samen met een klein kerngroepje willen we hier de komende maanden verder over doordenken en misschien een kleine pilot opzetten. Ben jij een akkerbouwer, veehouder, verwerker of anders betrokken en voel jij energie om met ons hierover mee te denken? Neem dan contact op met Vincent Lap van ANLV de Lieuw Texel (